Paragrafen

Paragraaf 5 Financiering

In dit onderdeel schetsen wij de interne en externe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op onze financiering.

Kaders

De belangrijkste wettelijke kaders voor de financiering van gemeenten zijn vastgelegd in de Wet Financiering Decentrale Overheden (fido). Deze wettelijke kaders hebben we bij de gemeente Groningen vertaald naar concrete afspraken tussen raad en college in de vorm van ons Treasurystatuut 2020, dat door u is vastgesteld op 27 november 2019. De verdere vertaling naar de uitvoering en de verdeling van bevoegdheden tussen college en ambtelijke organisatie is vastgelegd in het door het college vastgestelde Handboek Treasury 2020.

Voorgenomen financieringsbeleid
De financieringsbehoefte is gebaseerd op de (geprognosticeerde) eindbalans 2021. De opbouw van de begrote financieringsbehoefte (die betrekking heeft op het resterende deel van 2020 en 2021) ziet er als volgt uit. Dit overzicht betreft de financieringsbehoefte van de gemeente zelf. De ten behoeve van derden aangetrokken en doorverstrekte leningen zijn buiten beschouwing gelaten.

Financieringsbehoefte (bedragen x 1.000 euro)

Bedrag

Saldo huidige geldleningen o/g per 31-12-2021

1.094.000

Beschikbare reserves en voorzieningen per 31-12-2021

185.000  

Totaal beschikbare lange financieringsmiddelen per 31-12-2021 (A)

1.279.000

Investeringen voorgaande jaren

1.463.000

Investeringen 2021 (netto)

50.000  

Totaal benodigde financieringsmiddelen (B)

1.513.000  

Financieringsbehoefte tot en met 2021 (A-B)

234.000  

Wij verwachten dat de lange rente in 2021 nog niet zal stijgen en dat de korte rente duidelijk lager zal liggen dan de lange rente (zie 3.5.2 Renteontwikkeling voor de details van onze rentevisie). Daarom is het aantrekkelijk om een zo groot mogelijk deel van de financieringsbehoefte in te vullen met kortlopende leningen (looptijd < 1 jaar). Op basis van de kasgeldlimiet mag dit tot een maximaal bedrag van 88 miljoen euro. Het resterende deel van de financieringsbehoefte moeten we invullen met langlopende leningen (looptijd >= 1 jaar), waarbij we op basis van de huidige rentevisie uitgaan van een looptijd van 20 jaar, maar op basis van onze rentevisie op het moment van aantrekken van de lening, ook kunnen kiezen voor andere looptijden.

De omvang van de financieringsbehoefte hangt in sterke mate af van de omvang van de investeringen in vaste activa en in grondexploitaties. Daarmee is de financieringsbehoefte ook gevoelig voor wijzigingen in de planning van (grote) investeringsprojecten. Op basis van onze ervaringen in voorgaande jaren is er gemiddeld genomen sprake van vertraging in de uitvoering van projecten. Daardoor kan de uiteindelijke financieringsbehoefte lager uitvallen dan hierboven berekend in de tabel Financieringsbehoefte.

Deze pagina is gebouwd op 07/05/2022 11:06:29 met de export van 07/05/2022 10:46:52