Naam risico | Financiering uitvoering wet BUIG |
---|---|
Programma | Werk en Inkomen |
Omschrijving | De coronacrisis leidt tot een toename van het aantal mensen dat in Nederland afhankelijk is van een bijstandsuitkering. Ook in Groningen neemt dit aantal toe. Met het Rijk vinden gesprekken plaats over de manier waarop bij het ramen van het macrobudget BUIG en bij het verdelen ervan rekening wordt gehouden met de effecten van de coronacrisis. We gaan er in elk geval van uit dat er macro voldoende budget beschikbaar wordt gesteld. |
Risicobedrag 2021 | 1,647 miljoen euro |
Kans 2021 | 25% |
Risicobedrag 2022 | 1,368 miljoen euro |
Kans 2022 | 25% |
Risicobedrag 2023 | 728 duizend euro |
Kans 2023 | 25% |
Risicobedrag 2024 | 88 duizend euro |
Kans 2024 | 25% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | VGR 2014-2 en Begroting 2015 |
Actie |
Naam risico | Uitleg- en binnenstedelijke ontwikkelingslocaties (grondzaken / grondexploitaties) |
---|---|
Programma | Economie en werkgelegenheid en Wonen |
Omschrijving | Om de risico's die voortvloeien uit de grondexploitaties in uitleg- en binnenstedelijke ontwikkelingslocaties te kwantificeren wordt de risicoboxenmethode gehanteerd. Het risico op een plantekort kan voortvloeien uit vertraging in het uitgiftetempo van gronden, uitgifte van gronden tegen lagere grondprijzen dan in de exploitatiebegroting is voorzien, aanbesteding van civieltechnische werken, vertraging in het tempo van realisering, etc. De herzieningen van de grondexploitaties hebben zich in het jaar 2019 door de goede economische tijden financieel positief ontwikkeld. Hierdoor nemen boekwaarden af en tevens de afzet- en vertragingsrisico’s. Dit geldt voor de gemeentelijke grondexploitaties, maar ook voor Meerstad. Voor Meerstad in het bijzonder is daarnaast sprake van een renteverlaging. Dit is de belangrijkste reden voor een stevige verbetering van de winstverwachting (van 35 naar 58 miljoen euro op Contante Waarde) die volgens de vastgestelde methodiek ingezet kan worden voor het afdekken van (een deel van) de risico’s van Meerstad. Grondexploitaties zijn gevoelig voor economische schommelingen. Daarom willen we door middel van scenario’s een doorzicht maken naar de meerjarige gevoeligheden. Naar de nabije toekomst toe spelen de nieuwe grote gebiedsontwikkelingen zoals Suikerzijde, Stadshavens, Stationsomgeving en de Held III, een substantiële rol. Deze toekomstige gebiedsontwikkelingen zijn complex en soms omvangrijk. De project-specifieke risico’s in deze gebiedsontwikkelingen zijn nog niet nauwkeurig te bepalen. Echter een eerste globale berekening, op basis van schattingen in investeringsbehoefte geven een bandbreedte aan benodigd weerstandsvermogen aan, tussen de 25 en 40 miljoen euro. Richting vaststelling van deze gebiedsontwikkelingen zal hierover steeds meer duidelijk worden. Zoals reeds gesteld moet een verdere uitwerking van scenario-analyses nog gebeuren. Nu de positieve ontwikkelingen meenemen zonder daarbij al te weten wat de toekomstige gebiedsontwikkelingen qua risico’s met zicht meebrengt, leidt tot schommelingen in het benodigd weerstandsvermogen. Tot die tijd kiezen we ervoor om het benodigd weerstandsvermogen te handhaven op het niveau dat in de Begroting 2020 werd gehanteerd, 80 miljoen euro. |
Risicobedrag 2021 | 80 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 80 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 80 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 80 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | 2004 |
Actie | Binnen de grondexploitatie wordt gestuurd op de beheersing van de risico’s. De risico’s en het effect op het weerstandsvermogen van nieuwe (grote) projecten maken we afzonderlijk inzichtelijk. |
Naam risico | Risico's sociaal domein |
---|---|
Programma | Welzijn, gezondheid en zorg |
Omschrijving | Met de decentralisatie in 2015 hebben gemeenten grote verantwoordelijkheden gekregen. De bijbehorende budgetten die over zijn gegaan naar gemeenten schieten echter tekort. De zorgkosten budgetten staan onder druk en daarom zijn op begroting- en rekeningbasis tekorten vaak aangevuld. Het risico op zorggebruik Wmo en jeugd houdt in dat onzeker is hoeveel mensen zorg nodig hebben. Daarom rekenen we met verschillende groeiscenario’s. Het risico op transformatie betekent dat het onzeker is dat de geraamde besparingen van dure naar goedkopere zorg daadwerkelijk gerealiseerd wordt. Hierbij is rekening gehouden met de maatregelen uit het coalitieakkoord en ombuigingen. Die maatregelen leiden tot een verhoging van het risico. Of en in welke mate deze maatregelen het beoogde transformatie-effect opleveren wordt gemonitord en waar nodig zal bijgestuurd worden. De risicobedragen van de genoemde onderdelen (zorggebruik jeugd en WMO, transformatie/bezuinigingen) zijn tot stand gekomen door voor verschillende bandbreedtes te bepalen wat de kans is dat het risico binnen de betreffende bandbreedte valt. Omdat daarbij al rekening wordt gehouden met de kans dat het risico binnen bepaalde bandbreedtes valt, wordt de uitkomst volledig meegenomen bij het bepalen van het benodigd weerstandsvermogen. |
Risicobedrag 2021 | 10,6 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 12,1 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 13,2 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 13,9 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | maart 2014 |
Actie | Wij hebben de laatste jaren maatregelen genomen om te zorgen dat de zorgkosten beter in control komen. Hierbij hebben we nadrukkelijk een koppeling gelegd tussen beleid, uitvoering en geld. Ter beheersing van deze problematiek streven wij er naar om door transformatie minder in te hoeven zetten op zwaardere zorg door te investeren in preventie aan de voorkant, de ontwikkeling van (basis) voorzieningen dichtbij, door burgerkracht en door stimuleren van zelf- en samenredzaamheid. Deze op transformatie gerichte beweging is onder meer in gang gezet door een gerichte opdrachtverlening aan Stichting WIJ Groningen, door het in werking stellen van het Gebieds Ondersteunend Netwerk (GON) en een verdere decentralisering van Beschermd Wonen. Meer recent ingezette ontwikkelingen zijn onder andere de aanpak voor multi probleemgezinnen waar spraken is van stapeling van door gemeente verstrekte voorzieningen én de inzet op Ondersteuner Jeugd en Gezin. |
Naam risico | Bedrijfsrisico werkmaatschappijen (SPOT en Sport050) |
---|---|
Programma | Sport en Bewegen / Cultuur |
Omschrijving | We houden rekening met een risico bij de werkmaatschappijen Oosterpoort / Stadsschouwburg (SPOT) en Sport050. |
Risicobedrag 2021 | 1,7 miljoen euro |
Kans 2021 | 25% |
Risicobedrag 2022 | 1,7 miljoen euro |
Kans 2022 | 25% |
Risicobedrag 2023 | 1,7 miljoen euro |
Kans 2023 | 25% |
Risicobedrag 2024 | 1,7 miljoen euro |
Kans 2024 | 25% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | |
Actie |
Naam risico | Specifieke uitkering stimulering Sport (SPUK) |
---|---|
Programma | Sport en bewegen |
Omschrijving | Om sport en beweging te stimuleren konden gemeenten, sportverenigingen en sportstichtingen de btw die aan hen in rekening werd gebracht in aftrek brengen. Dit recht op aftrek is met ingang van 1 januari 2019 vervallen. Om de ontwikkeling en instandhouding van sportaccommodaties en de aanschaf van sportmaterialen te stimuleren, kunnen gemeenten daarom jaarlijks een uitkering aanvragen ter compensatie van het btw-nadeel. Gemeenten hebben in 2019 een voorschot van circa 82% van de aanvraag uitgekeerd gekregen. De definitieve afrekening volgt pas in 2021. Voor de Gemeente Groningen is er op basis van de huidige verhouding (aanvragen versus budget) een nadeel van circa 0,5 miljoen euro (onze aanvraag was circa 3 miljoen euro). Een deel van dit nadeel leidt tot hogere investeringslasten (circa 40%) en daarmee tot een nadeel in de toekomst, het resterende deel leidt tot een direct nadeel in de gemeentelijke begroting (324 duizend euro). Dit bedrag is op basis van alle gedane aanvragen. De kans bestaat dat er door de gemeenten is overvraagd en dat de werkelijke verdeling na indienen van de jaarrekeningcijfers anders uitpakt. Daarom houden we rekening met een kans van 50%. Voor 2020 moet in de aanvraag het bewegingsonderwijs in de sportaccommodaties worden uitgesloten omdat dat niet als sport wordt gezien. Dit nadeel ad 159 duizend euro is in het meerjarenbeeld 2021 e.v. opgenomen en aan de begroting van Sport050 toegevoegd. Voor 2020 is het budget van de specifieke uitkering bijgesteld en daarom is er een voorschot uitgekeerd van ca. 80%. Dat geeft een nadeel van 599 duizend euro waarvan dus een deel ten laste van de investeringen komt. Daarom moet het risicobedrag naar boven worden bijgesteld. Het is nog lastig in te schatten of het structureel is. Vooralsnog gaan we uit van incidenteel. |
Risicobedrag 2021 | 400 duizend euro |
Kans 2021 | 50% |
Risicobedrag 2022 | 400 duizend euro |
Kans 2022 | 50% |
Risicobedrag 2023 | 400 duizend euro |
Kans 2023 | 50% |
Risicobedrag 2024 | 400 duizend euro |
Kans 2024 | 50% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Begroting 2020 |
Actie | We hebben de financiële gevolgen van de wijziging aangeleverd bij het VNG. We volgen de ontwikkelingen op rijksniveau. |
Naam risico | Exploitatie Groninger Forum |
---|---|
Programma | Cultuur |
Omschrijving | Forum Groninger is eind 2019 geopend. Voor de exploitatietekorten en aanloopkosten in de komende 5 jaar is een bedrag van 3,3 miljoen beschikbaar. Na de periode van 5 jaar verwachten we dat Forum Groningen goed zicht heeft op de structurele exploitatie met voldoende mogelijkheden om zelf (bij) te kunnen sturen. In de begroting 2020 had Forum Groningen een tekort van ca. 380 duizend begroot. Net als bij alle andere gesubsidieerde instellingen sturen we bij Forum Groningen aan op het bijsturen van de bedrijfsvoering in 2021 om het verlies te beperken en de exploitatie binnen de beschikbare financiële kaders te realiseren. |
Risicobedrag 2021 | PM |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | PM |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | PM |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | PM |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | Rekening 2014 |
Actie | Door middel van voortgangsgesprekken en rapportages wordt de realisatie van de exploitatie gevolgd. |
Naam risico | Parkeerbedrijf |
---|---|
Programma | Verkeer |
Omschrijving | Voor het bepalen van het risico van het parkeerbedrijf wordt een risicoanalyse uitgevoerd voor de onderdelen: rente, opbrengsten en kosten, bezettingsgraad parkeergarages en straatparkeren. Op basis van de meerjarige prognose 2020 is het incidentele risico gekwantificeerd op 2,7 miljoen euro voor de periode 2021-2024. |
Risicobedrag 2021 | 2,68miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 2,60 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 2,66 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 2,78 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Al jaren in de P&C-documenten |
Actie | Wij zullen jaarlijks het benodigde weerstandsvermogen opnieuw berekenen. |
Naam risico | Parkeerhandhaving |
---|---|
Programma | Verkeer |
Omschrijving | In de begroting houden we rekening met een geraamde opbrengst uit naheffingsaanslagen. We lopen een risico dat we de geraamde opbrengst in een jaar niet kunnen realiseren. Risicofactoren zijn bijvoorbeeld weersinvloeden die de handhaving bemoeilijken of technische storingen waardoor er niet gehandhaafd kan worden. Pas aan het eind van het jaar blijkt of de geprognosticeerde opbrengst is gehaald en of het risico zich voordoet. |
Risicobedrag 2021 | 200 duizend euro |
Kans 2021 | 75% |
Risicobedrag 20221 | 200 duizend euro |
Kans 2022 | 75% |
Risicobedrag 2023 | 200 duizend euro |
Kans 2023 | 75% |
Risicobedrag 2024 | 200 duizend euro |
Kans 2024 | 75% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | Jaarrekening 2018 |
Actie |
Naam risico | Verkeer- en vervoersprojecten |
---|---|
Programma | Verkeer |
Omschrijving | Risico's bij verkeer- en vervoersprojecten hebben voornamelijk betrekking op de hoogte van de investeringskosten. Vooraf worden deze risico's zover mogelijk teruggebracht en beheerst door voor de start van uitvoering zoveel mogelijk uitgewerkte ontwerpen en kostenramingen beschikbaar te hebben. Bij de grote verkeersprojecten (= investering meer dan 5 miljoen euro) bepalen we het risico op 10% van de investeringskosten. Daarbij beoordelen we de mogelijkheid om bij te sturen in het project (beheersmaatregelen). Op projectniveau kunnen dat bijvoorbeeld zijn: het werken met een plafondprijs in de aanbesteding, het rekening houden met een percentage onvoorzien in de kostenraming of het in beeld brengen van besparingsmogelijkheden. Risico's die niet binnen de beschikbare middelen van het project kunnen worden opgelost, worden meegenomen in het benodigde weerstandsvermogen voor verkeersprojecten. Voor projecten die voortvloeien uit de Netwerkanalyse 2013 (totale omvang gemeentelijke middelen 20 miljoen euro,) is besloten dat voor- en nadelen mogen worden verrekend binnen het totale programma (gesloten financiering). Financiële tegenvallers kunnen dus binnen het totaal beschikbare budget worden opgevangen. Dit kan effect hebben op de projecten die uitgevoerd kunnen worden, maar voor het geheel geldt dat geen sprake is van een financieel risico voor de gemeente Groningen. Zernikelaan Stationsgebied Haren |
Risicobedrag 2021 | 0,9 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 0,9 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 0,9 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 0,9 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Rekening 2017 |
Actie |
Naam risico | Gemeentelijk aandeel risicoproject Warmtestad BV |
---|---|
Programma | Wonen |
Omschrijving | WarmteStad heeft op dit moment 2 typen activiteiten: |
Risicobedrag 2021 | 1,434 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 1,434 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 1,434 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 1,434 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Begroting 2017 |
Actie | We monitoren voortdurend de stand van zaken |
Naam risico | Risico's bodemsanering |
---|---|
Programma | Kwaliteit van de Leefomgeving |
Omschrijving | In het convenant ‘bodemontwikkelingsbeleid en spoedlocaties’ is afgesproken dat in 2015 alle bodemverontreinigingen die een risico voor de mens vormen (humane spoedlocaties) gesaneerd of beheerst zijn. Daarnaast is afgesproken dat de bodemverontreinigingen die onaanvaardbare risico’s bevatten voor het ecosysteem en/of bijdragen aan de verspreiding van de verontreiniging (de overige spoedlocaties), ook zoveel mogelijk gesaneerd of beheerst zijn. Op het grondgebied van de “gemeente Groningen oud” zijn nagenoeg alle locaties beheerst of gesaneerd en is in 2018 het project aanpak spoedlocaties begin 2018 afgesloten. De kans dat is klein dat er nog kosten voor rekening van de gemeente komen (de mogelijk nog te maken kosten komen in eerste instantie voor rekening van derden). Voor het onderdeel spoedlocaties houden we geen rekening meer met een risico. Het totale effect (kans x bedrag) op het benodigd weerstandsvermogen is 450 duizend euro incidenteel en 375 duizend euro structureel. Na 2021 neemt het structurele risico toe tot 550 duizend euro. |
Risicobedrag 2021 | 0,5 miljoen euro structureel en 0,9 miljoen euro incidenteel |
Kans 2021 | Diverse kansen |
Risicobedrag 2022 | 1,2 miljoen euro structureel en 0,9 miljoen euro incidenteel |
Kans 2022 | Diverse kansen |
Risicobedrag 2023 | 1,2 miljoen euro structureel en 0,9 miljoen euro incidenteel |
Kans 2023 | Diverse kansen |
Risicobedrag 2024 | 1,2 miljoen euro structureel en 0,9 miljoen euro incidenteel |
Kans 2024 | Diverse kansen |
Structureel/Incidenteel | structureel en incidenteel |
1e signaleringsmoment | 2001 |
Actie | We monitoren voortdurend de stand van zaken |
Naam risico | Bezwaarprocedures |
---|---|
Programma | Kwaliteit van de leefomgeving |
Omschrijving | Proces Wierden en Borgen |
Risicobedrag 2021 | pm |
Kans 2021 | |
Risicobedrag 2022 | pm |
Kans 2022 | |
Risicobedrag 2023 | pm |
Kans 2023 | |
Risicobedrag 2024 | pm |
Kans 2024 | |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Jaarrekening 2008 |
Actie | Met ondersteuning van een belasting adviseur bereiden we de zittingen goed voor. |
Naam risico | Geen middelen in de voorziening Afvalstoffenheffing |
---|---|
Programma | Kwaliteit van de Leefomgeving |
Omschrijving | Het saldo van de voorziening afvalstoffenheffing is per 1 januari 2021 nul. In 2020 is het saldo ad 2,4 miljoen euro ontrokken aan de voorziening om de stijgende kosten 2020 te compenseren. Het tarief afvalstoffenheffing kon in 2020 namelijk niet worden verhoogd omdat harmonisatie van het afvalbeleid van Groningen, Haren en Ten Boer nog niet had plaatsgevonden. Dit houdt in dat we in 2021 geen middelen hebben in de voorziening om eventuele financiële gevolgen van de harmonisatie van het afvalbeleid op te vangen. Gezien de resultaten van de afgelopen jaren schatten we het risico in op 500 duizend euro met een kans van 50%. |
Risicobedrag 2021 | 500 duizend euro |
kans 2021 | 50% |
Risicobedrag 2022 | |
Kans 2022 | |
Risicobedrag 2023 | |
Kans 2023 | |
Risicobedrag 2024 | |
Kans 2024 | |
Structureel/Incidenteel | incidenteel |
1e signaleringsmoment | Begroting 2021 |
Naam risico | Gemeentefonds |
---|---|
Programma | Algemene inkomsten en post onvoorzien |
Omschrijving | De hoogte van de algemene uitkering wordt bepaald door de omvang en verdeling van het gemeentefonds. De omvang is gekoppeld aan de groei van de rijksbegroting. De huidige raming van de hoogte van de algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire 2020. |
Risicobedrag 2020 | We hanteren het uitgangspunt dat specifieke kortingen (en uitzettingen) vanuit het rijk één op één met de sector worden verrekend. Voor het overige hanteren we een maximale omvang van het risico van 5% van de ingeschatte algemene uitkering. Het risico bedraagt maximaal 27,8 miljoen euro (naar boven of naar beneden), waarbij de kans op een voordeel even groot is als de kans op een nadeel. We gaan er vanuit dat de kans op een voordeel even groot is als de kans op een nadeel, hierdoor reserveren we hiervoor geen specifieke weerstandscapaciteit. |
Risicobedrag 2021 | We hanteren het uitgangspunt dat specifieke kortingen (en uitzettingen) vanuit het rijk één op één met de sector worden verrekend. Voor het overige hanteren we een maximale omvang van het risico van 5% van de ingeschatte algemene uitkering. Het risico bedraagt maximaal 27,8 miljoen euro (naar boven of naar beneden), waarbij de kans op een voordeel even groot is als de kans op een nadeel. We gaan er vanuit dat de kans op een voordeel even groot is als de kans op een nadeel, hierdoor reserveren we hiervoor geen specifieke weerstandscapaciteit. |
Kans 2021 | We gaan er vanuit dat de kans op een voordeel even groot is als de kans op een nadeel, hierdoor reserveren we hiervoor geen specifieke weerstandscapaciteit. |
Risicobedrag 2022 | |
Kans 2022 | |
Risicobedrag 2023 | |
Kans 2023 | |
Risicobedrag 2024 | |
Kans 2024 | |
Structureel/Incidenteel | |
1e signaleringsmoment | 1995 |
Actie | Forse afwijkingen worden zoveel mogelijk voorkomen en verkleind door het realistisch en stabiel ramen van de uitkeringen. |
Naam risico | Renterisico |
---|---|
Programma | Algemene inkomsten en post onvoorzien |
Omschrijving | De renteveronderstellingen voor de begroting zijn gebaseerd op de verwachte ontwikkeling van de rente. De werkelijke renteontwikkeling kan hoger of lager uitvallen. Een beperkte afwijking zal zich zeker voordoen. Mutaties in de rente hebben gevolgen voor het resultaat. Het risico op een netto voordelig resultaat is even groot als het risico op een netto nadelig resultaat. |
Risicobedrag 2021 | pm |
Kans 2021 | |
Risicobedrag 2022 | pm |
Kans 2022 | |
Risicobedrag 2023 | pm |
Kans 2023 | |
Risicobedrag 2024 | pm |
Kans 2024 | |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Doorlopend |
Actie | De renteresultaten worden jaarlijks toegelicht en inzichtelijk gemaakt in de rekening. |
Naam risico | Verzekeringen |
---|---|
Programma | Algemene ondersteuning |
Omschrijving | Binnen de Gemeente Groningen zijn er een aantal risico's welke niet afgedekt zijn door verzekeringen. De kans op het zich voordoen van deze risico's is dermate klein maar de impact ervan kan groot zijn. De risico's welke hieronder vallen zijn fraude/berovingsrisico, milieuschade, cybercrime, motorrijtuigen, computer en glas. |
Risicobedrag 2021 | pm |
Kans 2021 | |
Risicobedrag 2022 | pm |
Kans 2022 | |
Risicobedrag 2023 | pm |
Kans 2023 | |
Risicobedrag 2024 | pm |
Kans 2024 | |
Structureel/Incidenteel | |
1e signaleringsmoment | Begroting 2018 |
Actie | Door het nemen van interne beheersingsmaatregelen worden de risico's beperkt. |
Naam risico | Verstrekte leningen en garanties |
---|---|
Programma | Divers |
Omschrijving | In het treasurystatuut staat dat de verstrekking van leningen of garanties aan derden alleen is toegestaan vanuit de publieke taak. Het verstrekken van een lening of het afgeven van een garantie leidt voor de gemeente tot een risico dat de derde niet aan de verplichtingen kan voldoen. Gemiddeld genomen houden we rekening met een risico van 8% van de omvang van de lening/ garantie. Per geval wordt het risico afzonderlijk beoordeeld een gewaardeerd. |
Risicobedrag 2021 | 2,3 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 2,2 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 2,1 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 2,0 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | jaarrekening 2006 |
Actie | Met het aflossen van de leningen, loopt het risico jaarlijks terug. |
Naam risico | Opgaven Vastgoedbedrijf |
---|---|
Programma | Diverse |
Omschrijving | Het Vastgoedbedrijf is in ontwikkeling en zal de komende jaren in het teken staan van verdere professionalisering en portefeuille sturing. Doel is de kwaliteit en omvang van de vastgoedportefeuilles op een zo efficiënt en kosteneffectieve mogelijke wijze langjarig af te stemmen op de gebruikswensen en de organisatorische dynamiek, zodat korte termijn investeringen (vervanging, aanhuur, onderhoud, verkoop, herontwikkeling) in een langjarig perspectief kunnen worden gewogen. Fysiek zal de voorraad stap voor stap worden getoetst op conformiteit aan wettelijke eisen. In 2019 heeft hiertoe asbest onderzoek plaatsgevonden. In 2020 zal worden gestart met brandveiligheidsonderzoek en worden meer panden worden voorzien van energielabels. In relatie hiermee zullen ook de meerjarenonderhoudsplannen nader worden gescand en verfijnd op volledigheid en kwaliteit. Dergelijke onderzoeken geven invulling aan eigenaarsverantwoordelijkheid en vormen de basis voor risicobeheersing en voorspelbaarheid van (toekomstige) keuzes en bijbehorende financiële opgaven. Het duiden van de langjarige opgaven en risico's is ook noodzakelijk om vorm te kunnen geven aan een verduurzamingsstrategie voor het gemeentelijk maatschappelijk vastgoed. Dit is (ook landelijk) een forse, kostbare en nog ongewisse opgave. Om binnen deze onzekerheid de gemeentelijke voorraad goed te kunnen positioneren en verstandige no regret maatregelen te kunnen nemen is een heldere koersbepaling onontbeerlijk. In de Vastgoednota (2019) zijn de opgaven nader geduid en is de ambitie uitgesproken om tot een meerjarenperspectief te komen, aan de hand waarvan de gemeenteraad systematisch inzicht krijgt in de risico's, opgaven en keuzes rondom de vastgoedvoorraad. Onderdeel van de Vastgoednota vormt ook de opdracht om een systematiek voor kostprijs-dekkende huur nader uit te werken en tegen de voorraad aan te houden. Ook dit zal in 2021 verder vorm krijgen. De Vastgoednota vormt het kader voor het handelen van het Vastgoedbedrijf. |
Risicobedrag 2021 | PM |
Kans 2021 | pm |
Risicobedrag 2022 | |
Kans 2022 | pm |
Risicobedrag 2023 | |
Kans 2023 | pm |
Risicobedrag 2024 | |
Kans 2024 | pm |
Structureel/Incidenteel | |
1e signaleringsmoment | |
Actie |
Naam risico | Effecten coronavirus |
---|---|
Programma | Alle programma's |
Toelichting | Dat het coronavirus een significant effect op de gemeentelijke financiën zal hebben, is duidelijk. Het is echter lastig om de effecten voor de begroting 2021 te duiden. Voor bepaling van het risico hebben we de volgende uitgangspunten gehanteerd:
Deze uitgangspunten hebben geleid tot een risico van 12,5 miljoen euro. In het risico BUIG en in het risico Parkeren is apart rekening gehouden met de effecten van Corona. |
Sport | We houden rekening met een risico dat de verhuurinkomsten van de sportaccommodaties met 30% teruglopen. Dit heeft betrekking op onder andere de verhuur aan sportverenigingen (door minder leden), verhuur aan scholen en overige verhuurinkomsten. Daarnaast hebben we een risico meegenomen dat de inkomsten uit evenementen en horeca inkomsten met 70% teruglopen. Op basis van de bovenstaande uitgangspunten komen we tot een risicobedrag van 2 miljoen euro. |
Cultuur | In het geval de 1,5 meter maatregelen van kracht blijven zijn alle cultuur evenementen verliesgevend. de inkomsten zijn lager terwijl de kosten wel gemaakt worden of toenemen. Voor het bepalen van het risico houden we rekening met een tekort van €2 miljoen. We verwachten dat we voor een deel gecompenseerd worden voor dit tekort. We houden daarom rekening met een risico van 1 miljoen euro. |
Werk en inkomen | Door de coronacrisis neemt de werkloosheid toe. Dit leidt tot een toename van de te verstrekken uitkeringen. Omdat dit risico niet los kan worden gezien van het reguliere risico bij het verstrekken van uitkeringen (risico BUIG) is dit effect daarin meegenomen en houden we er bij het bepalen van het coronarisico geen rekening mee. We maken hier wel een inschatting van het risico bij schuldhulpverlening, armoede en bijstand en uitvoeringskosten. Tijdens de vorige crisis hebben we gezien dat een toename van armoede heeft geleid tot een stijging van het aantal mensen met problematische schulden. We verwachten dat het aantal mensen met schulden ook nu weer zal toenemen. We verwachten dat er een toenemend beroep zal worden gedaan op schuldhulpverlening door de directie inkomensdienstverlening (+30%). Dit leidt tot een risico van 1,4 miljoen euro. Bij de bijzondere bijstand zien we op de korte termijn vooral een risico bij de aanvullende bijstand voor jongeren van 18 tot 21 jaar (ouders kunnen niet meer voldoen aan de onderhoudsplicht) en het risico Tot slot dat de besparing bij beschermingsbewind niet of later wordt gerealiseerd. We houden rekening met een risico van 450 duizend euro. Zowel voor de toename van het beroep op de schuldhulpverlening als de bijzondere bijstand verwachten we aanvullende middelen van het Rijk te krijgen. We houden hier rekening met een risico dat de aanvullende middelen onvoldoende zijn. Naar aanleiding van de coronacrisis moet het werkprogramma worden geactualiseerd. Dit zal leiden tot een hogere capaciteitsvraag (meer personeel om mensen naar werk te leiden). Binnen het werkprogramma komt de grootste focus te liggen op preventie van instroom in de uitkering (WW of bijstand). We verwachten dat de uitvoeringskosten met 1,3 miljoen euro zullen toenemen. Daarmee kunnen we extra inzet plegen op het voorkomen van instroom en versnellen van de uitstroom. In de herijking van het werkprogramma staat beschreven welke dienstverlening we bieden aan deze 1.000 mensen. Met 1,3 miljoen euro aan vullende middelen kunnen we het klantmanagement met 17 fte versterken. Binnen een caseload van een kleine 60 mensen kan intensief worden ingezet op het voorkomen van instroom en versnellen van de uitstroom. In de begroting gaan we ervan uit dat de extra kosten die we maken kunnen worden gedekt uit de compensatie van het Rijk. We lopen het risico dat de compensatie van het Rijk onvoldoende is. De omvang van het risico stellen we gelijk aan de extra kosten die we maken (1,3 miljoen euro). |
Inkomsten | Als gevolg van de corona crisis lopen we een risico dat de gemeentelijke inkomsten zullen achterblijven ten opzichte van de begroting. In totaal 2,5 miljoen euro. We houden bijvoorbeeld rekening met een risico dat 1 miljoen euro aan OZB inkomsten oninbaar is, minder logies inkomsten van 200 duizend euro, lagere opbrengst bedrijfsafval 400 duizend euro, lagere leges burgerzaken (340 duizend euro), lagere inkomsten Meikermis (250 duizend euro), leges vergunningaanvragen evenementen (106 duizend euro) en ESF subsidies (250 duizend euro). |
Openbare ruimte | Door de 1,5 meter maatregelen is extra capaciteit nodig bij het beheer van de openbare ruimte (toezicht en handhaving). Het gaat bijvoorbeeld om de extra inzet voor het verwijderen van fietsen in het kernwinkelgebied en de tijdelijke opslag daarvan. We houden rekening met een risico van 680 duizend. |
Parkeren | Het risico is dat de parkeerinkomsten zullen afnemen, vooral als gevolg van minder bezoekers aan de binnenstad. In 2020 zijn we hiervoor gecompenseerd. Het is niet duidelijk of dit ook in 2021 zal gaan gebeuren. Het risico op lagere parkeerinkomsten is meegenomen bij het risico parkeren. |
Daarnaast lopen we een risico dat de inkomsten uit parkeerhandhaving achter blijven bij de begroting. Dit risico schatten we in op 950 duizend euro. | |
Organisatie | We zien dat de corona crisis leidt tot hogere kosten voor de organisatie. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om het beschikbaar moeten stellen van faciliteiten voor thuiswerken, extra schoonmaak en hygiënekits voor medewerkers. We schatten het risico op dit onderdeel in op 2,2 miljoen euro. |
Risicobedrag 2021 | 12,5 miljoen euro |
Kans 2021 | 50% |
Risicobedrag 2021 | |
Kans 2021 | |
Risicobedrag 2021 | |
Kans 2021 | |
Risicobedrag 2021 | |
Kans 2021 | |
Structureel/Incidenteel | incidenteel |
1e signaleringsmoment | rekening 2019 |
Actie |
Naam risico | Niet halen bezuinigingen |
---|---|
Programma | Alle programma's |
Omschrijving | Bij voorgaande begrotingen tot en met 2020 zijn bezuinigingsmaatregelen vastgesteld. Niet alle voorgenomen bezuinigingen worden volledig en/of in het gewenste tempo gerealiseerd. We hebben elke nog niet gerealiseerde bezuinigingsmaatregel en nog te realiseren bezuinigingsmaatregel beoordeeld. Dit leidt tot een risico van 9,2 miljoen euro in 2021 oplopend tot 10,4 miljoen euro in 2024. Het risico loopt op omdat in het coalitieakkoord is afgesproken voor een periode van 3 jaar geen volledige loon- en prijscompensatie toe te passen. Dit leidt tot een efficiency taakstelling op de organisatie van 1,6 miljoen euro in 2020, 3,0 miljoen euro in 2021 en 4,7 miljoen euro vanaf 2022. |
Risicobedrag 2021 | 9,2 miljoen euro |
Kans 2021 | 100% |
Risicobedrag 2022 | 10,0 miljoen euro |
Kans 2022 | 100% |
Risicobedrag 2023 | 10,4 miljoen euro |
Kans 2023 | 100% |
Risicobedrag 2024 | 10,4 miljoen euro |
Kans 2024 | 100% |
Structureel/Incidenteel | Incidenteel |
1e signaleringsmoment | Begroting 2014 |
Actie | We sturen actief op realisatie van de maatregelen |
Naam risico | Stijging pensioenpremie |
---|---|
Programma | Alle programma's |
Omschrijving | Het bestuur van het pensioenfonds ABP waarschuwt medio juli voor het risico dat de pensioenpremie volgend jaar moet stijgen. De totale loonontwikkeling hebben we voor 2021 eerder ingeschat op 2,75 procent (m.u.v. doorwerking Cao-afspraken 2020-2021). Dit cijfer komt in de richting van de CEP-raming van het CPB (2,8 procent). De verwachte stijging van de ABP-premie kunnen we mogelijk opvangen door een meevaller op de ontwikkeling van de CAO vanaf 2021. |
Risicobedrag 2021 | 2,5 miljoen euro |
kans 2021 | 50% |
Risicobedrag 2022 | 2,5 miljoen euro |
Kans 2022 | 50% |
Risicobedrag 2023 | 2,5 miljoen euro |
Kans 2023 | 50% |
Risicobedrag 2024 | 2,5 miljoen euro |
Kans 2024 | 50% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | Begroting 2021 |
Naam risico | Fiscale risico's |
---|---|
Programma | alle programma's |
Omschrijving | Vennootschapsbelasting |
Risicobedrag 2021 | 250 duizend euro structureel |
Kans 2021 | 50-75% |
Risicobedrag 2022 | 250 duizend euro structureel |
Kans 2022 | 50-75% |
Risicobedrag 2023 | 250 duizend euro structureel |
Kans 2023 | 50-75% |
Risicobedrag 2024 | 250 duizend euro structureel |
Kans 2024 | 50-75% |
Structureel/Incidenteel | Structureel |
1e signaleringsmoment | Divers |
Actie |