Het beschikbaar weerstandsvermogen wordt gevormd door de middelen die beschikbaar zijn om het nadelige effect van risico’s te kunnen opvangen. Dit is de optelsom van alle elementen die daadwerkelijk kunnen worden ingezet om niet-begrote kosten te dekken.
De middelen die we tot de tot het beschikbare weerstandsvermogen rekenen, zijn:
- Algemene reserve (AR);
- Post onvoorzien in de begroting;
- Niet structureel ingezette intensiveringsmiddelen;
- Onbenutte belastingcapaciteit;
- Stille reserves.
Buffers (in grondexploitaties) rekenen we niet mee tot het beschikbare weerstandsvermogen. Buffers die kunnen worden ingezet om het effect van een specifiek risico op te vangen, zoals bijvoorbeeld het geprognosticeerde voordeel in de grondexploitatie Meerstad, brengen we in mindering op het risico. Daarmee leiden buffers, via een verlaging van het risico tot een verlaging van het benodigd weerstandsvermogen.
Het beschikbaar weerstandsvermogen in de begroting 2021 is als volgt opgebouwd:
Beschikbaar weerstandsvermogen begroting 2021 | jaarschijf 2021 | aandeel | |
---|---|---|---|
incidenteel | structureel | wsv* | |
1. Algemene Reserve | 42.280 | 36,0% | |
2. Stille reserves | 50.000 | 42,6% | |
3. Structurele ruimte in intensiveringsbudgetten (bedrag x2) | 7.040 | 6,0% | |
4. Onbenutte belasting capaciteit (bedrag x2) | 9.181 | 7,8% | |
5. Post onvoorzien (bedrag x2) | 332 | 0,3% | |
Totaal beschikbaar weerstandsvermogen | 92.280 | 16.553 | |
Beschikbaar weerstandsvermogen begroting 2021 | 108.833 | ||
Beschikbaar weerstandsvermogen rekening 2019(jaarschijf 2021) | 113.129 | ||
Afname beschikbaar weerstandsvermogen t.o.v. rekening 2019 | -4.297 |
*we laten zien wat het aandeel ten opzichte van het benodigd weerstandsvermogen is.
Het beschikbare weerstandsvermogen is 108,8 miljoen euro. Dit is 4,3 miljoen euro lager dan in de rekening 2019. De Algemene reserve neemt af met 0,8 miljoen euro, de overige onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen nemen af met 3,5 miljoen euro.
De afname van de Algemene Reserve van per saldo 852 duizend euro bestaat uit:
- name van 2,32 miljoen euro door inzet Algemene reserve voor financieel perspectief jaarschijf 2021 (618 duizend euro in deze begroting en 1,702 miljoen euro in voorgaande begrotingen;
- toename van 1,468 miljoen euro door positief resultaat Parkeerbedrijf 2019
Omvang Algemene Reserve begroting 2021 versus rekening 2019
Algemene Reserve in weerstandsvermogen | Begroting | Rekening | Verschil |
---|---|---|---|
2021 | 2019 | ||
Beschikbare weerstandscapaciteit | 42.280 | 43.132 | -852 |
Met ingang van 1 januari 2020 hebben we de bestemmingen/ claims die op de Algemene reserve rusten overgeboekt naar de Algemene Bestemmings Reserve (ABR).
Overige onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen
Naast de reserves tellen de overige onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen op tot 66,5 miljoen euro. De overige onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen zijn:
| 50 miljoen euro |
---|---|
| 7 miljoen euro |
| 9,2 miljoen euro |
| 0,3 miljoen euro |
Totaal | 66,5 miljoen euro |
Stille reserve Enexis
Voor het beschikbaar weerstandsvermogen houden we rekening met de stille reserve in de waarderingen van onze Enexis aandelen. We houden hier rekening met 50 miljoen euro. Dit past binnen de meest recente waardering van de Enexis aandelen die jaarlijks wordt uitgevoerd. Dit is niet gewijzigd ten opzichte van de rekening 2019.
Structurele ruimte in intensiveringsbudgetten
Indien de inzet van intensiveringsbudgetten jaarlijks kan worden overwogen, nemen we deze middelen mee in het beschikbaar weerstandsvermogen. Dit is het geval als de middelen niet structureel zijn ingezet en er geen meerjarige verplichtingen zijn aangegaan.
Voor de beschikbare intensiveringsmiddelen is bepaald dat 3,5 miljoen euro niet structureel is ingezet. Omdat het structurele middelen zijn nemen we deze voor 2 jaarschijven mee in het beschikbaar weerstandsvermogen (7 miljoen euro). Ten opzichte van de rekening 2019 zijn de beschikbare middelen afgenomen met 3,9 miljoen euro (1,95 miljoen euro maal 2). Het betreft 1,55 miljoen euro intensiveringsbudgetten energie en 400 duizend euro intensiveringsmiddelen wonen.
Onbenutte belastingcapaciteit
We houden rekening met een onbenutte belastingcapaciteit van 5% van de OZB opbrengst voor woningen en niet-woningen. Deze opbrengst wordt gecorrigeerd voor het bedrag dat is bestemd voor het Fonds ondernemend Groningen (FOG). De geraamde OZB opbrengst in 2021 is 94,5 miljoen euro. Rekening houdend met de afdracht aan het FOG van 2,7 miljoen euro is de OZB opbrengst 91,8 miljoen euro. Dit betekent dat we voor het beschikbaar weerstandsvermogen rekening houden met een verhoging van 4,59 miljoen euro. Omdat het structurele middelen zijn nemen we deze voor 2 jaarschijven mee in het beschikbaar weerstandsvermogen (9,180 miljoen euro). Ten opzichte van de rekening 2019 zijn de beschikbare middelen toegenomen met 455 duizend euro (227,5 duizend euro maal 2).
Post onvoorzien
De post onvoorzien kan jaarlijkse worden ingezet voor onvoorziene gebeurtenissen en kan worden toegerekend aan het beschikbaar weerstandsvermogen. De totale post onvoorzien in 2021 is 166 duizend euro. Omdat het structurele middelen zijn nemen we deze voor 2 jaarschijven mee in het beschikbaar weerstandsvermogen (0,3 miljoen euro). Dit is niet gewijzigd ten opzichte van de rekening 2019.
De buffer in de bouw- en grondexploitatie Grote Markt is gekoppeld aan een risico bij de exploitatie van het Groninger Forum. Voor de periode 2021-2024 wordt het tekort bij het Groninger Forum geraamd op 3,3 miljoen euro. Dit tekort kan worden opgevangen met het gereserveerde bedrag ad 2 miljoen euro voor het exploitatierisico Forum in de Algemene Bestemmings Reserve voor zover nodig met de buffer binnen de bouw- en grondexploitatie Grote Markt. Voor het weerstandsvermogen betekent dit dat we geen rekening gehouden met het risico op een tekort, maar ook niet met het gereserveerde bedrag exploitatierisico Forum en de buffer in de bouw- en grondexploitatie.